Als een levende traditie lopen er nog een aantal vrouwen in klederdracht door het vissersdorpje Spakenburg. Elk jaar nemen hun aantallen af en de karakteristieke kraplap die eerder nog een veelgezien kledingstuk was, dreigt nu langzaam uit het straatbeeld te verdwijnen. Als eerbetoon aan de vrouwen van Spakenburg heeft Heinen Delfts Blauw daarom een Spakenburgs dametje gemaakt, “je mag haar ook wel 'ons ootje' - onze oma - noemen”, voegt Jorrit Heinen, directeur van Heinen Delfts Blauw, toe. “Ze staat toch een beetje symbool voor onze familiegeschiedenis en onze verbondenheid met Spakenburg. Daar liggen onze roots, ook van dit bedrijf.”
Spakenburgse dame (Ootje)
Etiam purus lacus, congue a dignissim elementum, porttitor a tortor. Curabitur non pretium nibh, sed vestibulum felis. Maecenas felis mi, luctus vehicula justo non, malesuada placerat leo. Integer volutpat nisl ac semper pharetra. Curabitur gravida aliquet dictum. Integer ultrices, augue sit amet accumsan dapibus, lorem diam aliquam lacus, id facilisis est odio eget tortor. Mauris odio metus, aliquam sed volutpat sit amet, iaculis.
"En dan te bedenken dat het allemaal begon met een kraplap!"
Dat met name de kraplap van het Spakenburgse Ootje zo gedetailleerd beschilderd is heeft een speciale reden. “Eigenlijk kun je wel zeggen dat ons bedrijf zijn begin te danken heeft aan de kraplap”, vertelt Jorrit Heinen. “Mijn vader is ooit begonnen met het beschilderen van kraplappen. Hij deed dit met zoveel passie en vaardigheid dat de aanvragen maar binnen bleven stromen. Hij maakte schitterende bloemmotieven, maar ook hele uitbundige kraplappen. Uiteindelijk stelde iemand hem de vraag of hij dit ook op een vaas zou kunnen schilderen en zo is de overstap gemaakt naar porselein. Midden jaren '70 pakten mijn ouders de auto vol met vazen en schilderspullen om op de Spakenburgse Dagen zijn schilderwerk te verkopen. Zijn werk was zo populair dat hij in augustus aanvragen kreeg waarmee zijn kalender vol zat tot aan de kerstperiode.” Inmiddels is Heinen Delfts Blauw uitgegroeid tot een belangrijke speler op de markt van Delfts blauw aardewerk wereldwijd, met vestigingen in Amsterdam, Delft, Putten en zelfs op Curacao en een eigen fabriek in China. “En het begon allemaal met een kraplap”, grapt Jorrit. “Wie had dat ooit kunnen bedenken.”
“Het maken en beschilderen van ons ootje is een zeer arbeidsintensief proces, de details zijn ongelooflijk”, legt Jorrit uit. “Mijn vader heeft nauwlettend meegekeken om te kijken of we de klederdracht recht doen, dus je kunt erop vertrouwen dat ze met de grootste zorgvuldigheid gemaakt is.” Wat naast de details opvalt is dat het vrouwtje geen gezichtskenmerken heeft. “We hebben ervoor gekozen om haar geen gezicht te geven. Mensen kunnen er zo hun eigen gezicht in zien, van hun ootje, moeder of tante, en het zo symbool laten staan voor hun eigen familiegeschiedenis.”
Het Spakenburgse Ootje is sinds kort verkrijgbaar in vier verschillende varianten. “We hebben ook een variant gemaakt die meer lijkt op de originele kleuren van de klederdracht. En er is natuurlijk ook nog een rode versie, want je kan in Spakenburg natuurlijk niet met de kleur blauw aankomen zonder ook de kleur rood aan te bieden. Dat blijkt wel uit de gezonde strijd tussen SV Spakenburg en de IJsselmeervogels!”
Categorieën & Tags
Artikel delen